Meer ruimte voor fietsers en voetgangers = minder verkeersongevallen. Zo viel in er in Oslo afgelopen jaar geen enkele verkeersdode onder voetgangers en fietsers, nadat zij een groot deel van het centrum autovrij maakten en bredere voet- en fietspaden aanlegden. Nu het zo rustig is op straat door het coronavirus onderzoeken verschillende steden de mogelijkheden infrastructurele aanpassingen door te voeren.
Lopen en fietsen stimuleren
Het kan zijn dat mensen het openbaar vervoer straks willen vermijden, om besmetting te voorkomen. Om te voorkomen dat iedereen dan in de auto stapt is het belangrijk fietsen of wandelen zo aantrekkelijk mogelijk te maken. In Milaan is het plan deze zomer zo'n 35 kilometer aan wegen en straten aan te passen. Door meer ruimte te bieden aan met name wandelaars en fietsers hoopt de stad de verspreiding van het virus, ongevallen, files en vervuiling tegen te gaan. Ook in Berlijn, Parijs en Brussel komt er meer ruimte voor fietsers en voetgangers.
Het moment is nu
De straten zijn nú leeg en de overlast voor het wijzigen van de infrastructuur is door de crisis veel minder. Het lijkt een goed moment om ook te kijken naar hoe we onze steden fiets- en wandelvriendelijker kunnen inrichten, om dit (later) versneld te kunnen realiseren. Uiteraard in combinatie met de RIVM-maatregel van 1,5 meter afstand. Een nieuwe gedragsregel die we met z’n allen moeten toepassen, óók in het verkeer. Samen met Tour de Force - waarin verschillende partijen zitting hebben - denken wij daar ten aanzien van fietsers over na.