We nemen twee voorbeelden. Het eerste plaatje laat de veranderingen zien in het pendelverkeer voor mensen met een middenopleiding. We zien langs Nuenen vooral lichtblauwe lijntjes lopen, dat betekent lichte groei in het verkeer. Het plaatje voor hoger opgeleiden is voor onze regio vergelijkbaar, maar die reizen wel vaker over langere afstanden. Deze groei in woon-werkverkeer heeft natuurlijk veel te maken met de groei van onze regio als kennis- en industriecentrum. Het plaatje laat ook zien dat er voor dit pendelverkeer niet veel alternatieven zijn voor de A270. Helmond en Eindhoven zijn sterk op elkaar gericht. Dat zien we ook voor winkelen en recreatie (stappen, sporten, uitgaan). Het tweede plaatje laat zien dat Eindhoven het regiocentrum is. Ook vanuit Helmond gaat men meer winkelen en stappen in Eindhoven dan andersom. De blauwe lijntjes geven aan waar het verkeer is gegroeid. Zelfs tussen Geldrop en Nuenen is dit verkeer toegenomen. Deze groei is een gevolg van onze neiging om vaker en verder weg te gaan, zowel voor het werken als voor uitstapjes. Die geeft een toename van verkeer, niet alleen uit buurgemeenten door Nuenen, maar ook verkeer van Nuenenaren zelf. We dragen zelf ook bij aan de drukte, we kunnen niet alleen naar anderen wijzen. Het zal niet lukken om het verkeer te laten afnemen of het te verplaatsen naar andere wegen dan de bundelroutes. We moeten wel zorgen dat het verkeer zoveel mogelijk op die bundelroutes blijft, niet uitwijkt naar sluiproutes en niet meer overlast levert. De gemeenteraad is nu aan zet. De plaatjes zijn ontleend aan een verhaal dat in mei 2021 is gehouden voor de MRE door Atelier Tordoir.
Waarom groeit het verkeer?
We hebben al een paar keer gekeken naar de oorzaken van verkeersdrukte en of Nuenen daarin een uniek afvoerputje is (of niet).