Dat was niet altijd zo. In het begin van het autoverkeer moesten de automobilisten opletten dat ze het andere verkeer geen overlast bezorgden. Dat ligt lang achter ons. We zouden daar nog eens over kunnen nadenken. Is het logisch dat ’s ochtends kinderen die naar school gaan moeten wachten bij het oversteken van een weg met autoverkeer? Bijvoorbeeld kinderen die vanuit de Emmastraat op weg naar de Dassenburchtschool de Weverstraat oversteken. Steken de kinderen hier de straat over of steken de auto’s de route naar school over? Die vraag kunnen we ook beantwoorden ten gunste van de schoolroute. Op dezelfde manier kun je ook kijken naar andere kruisingen. We kennen meestal automatisch de voorrang toe aan de grootste weg. Je zou je kunnen afvragen of dat altijd moet. Je kunt ook de voorrang gelijk maken als de mensen uit de woonwijk veel moeite hebben om op de ontsluitingsweg te komen. Of als fietsers lang moeten wachten om een weg te kunnen oversteken. Natuurlijk moet je dan de inrichting van de weg daarop aanpassen en dat kan lang niet altijd. Maar we kunnen ons deze vraag wel wat vaker stellen als we nadenken over mobiliteit. Is het altijd terecht om de snelste de meeste rechten te geven?
Meer hierover vindt u in het boek Het recht van de snelste van Thalia Verkade en Marco te Brömmelstroet. Vragen of opmerkingen? Mail vvn.nuenen@onsnet.nu. De stukjes vindt u op onze website https://vvn.nl/in-je-buurt/noord-brabant/nuenen