Om de lancering van de fietsverlichtingscampagne ‘AAN in het donker’ kracht bij te zetten, bracht demissionair minister Barbara Visser vandaag een bezoek aan basisschool de Kroosduiker in Westzaan. De minister ging hier in gesprek met kinderen en ouders over het belang van goede fietsverlichting. Tegelijkertijd keek een fietsenmaker naar de fietsverlichting en maakte deze waar nodig in orde. Ook deelde minister Visser de uitkomsten van een nieuwonderzoek onder ruim 1.000 respondenten naar het belang van deugdelijke fietsverlichting.
De kans op een ongeval bij fietsen in het donker is groter dan bij licht. Eén op de vijf fietsers in ons land (20%) heeft dit ook letterlijk ervaren. Van de ondervraagden heeft 5% in het donker een fietsongeluk gehad en 15% is tijdens het fietsen in het donker bijna aangereden, gemiddeld zo’n twee keer. Om dergelijke situaties zoveel mogelijk te voorkomen, trekken de overheid en een tal van organisaties dit jaar gezamenlijk op. De AAN in het donker-campagne en bijbehorende acties duren tot en met januari.
Meeste mensen fietsen met licht aan
Van alle respondenten zegt 82% in het donker altijd met de fietsverlichting aan te fietsen. Uit het vandaag gepubliceerde onderzoek naar fietsverlichting onder ruim 1.000 respondenten (15+), blijkt verder dat Nederlanders sterk uiteenlopende redenen hebben waaróm zij fietsverlichting voeren. Niet zo zeer de kans op een boete (5%), maar juist het vermijden van een ongeluk (47%) en het hebben van beter zicht (32%) zijn voor Nederlanders aanleiding voor het voeren van goede fietsverlichting. Het idee dat niet iedere fietser goede fietsverlichting heeft, blijkt eveneens uit het onderzoek. Respondenten denken dat slechts circa de helft (52%) van alle fietsers hierover beschikt en geeft Nederland voor het voeren van fietsverlichting het rapportcijfer 6,4.