Verkeersgedrag en de ontwikkelingsfasen van kinderen
Vanuit haar rol binnen Veilig Verkeer Nederland ondersteunt Sandra ouders bij de verkeersopvoeding. Bijvoorbeeld door handvatten te geven. 'We hebben een aantal filmpjes gemaakt in samenwerking met een onderzoeker hersenontwikkeling en gedrag. Per leeftijdscategorie geven we eenvoudige tips hoe jij als ouder je kind kunt helpen in het verkeer.' Veilig Verkeer Nederland maakte ook een factsheet over de kwetsbaarheid van kinderen in het verkeer en wat een kind op welke leeftijd aankan als verkeersdeelnemer.
Want elke ontwikkelingsfase brengt andere uitdagingen en mogelijkheden met zich mee. Zo kunnen kinderen tot vier jaar moeilijk stoppen als ze eenmaal rennen. Tot een jaar of negen zien ze gevaren niet aankomen. En tot elf jaar rennen kinderen nog steeds wel eens spontaan de straat op!
Verkeersopvoeding gaat makkelijker wanneer je als volwassene weet waar kinderen, lichamelijk en geestelijk, toe in staat zijn. ‘Daarom is de tip uit het filmpje voor kinderen van nul tot vier jaar: ga eens op je hurken zitten en kijk door een leeg wc-rolletje. Dan zie je wat jouw kind ziet!’.
Met de fiets of benenwagen
Kinderen hebben dagelijks te maken met het verkeer. Ze krijgen hier al les over bij voor- en vroegschoolse educatie en op de basisschool. Maar kinderen leren vooral door te doen. ‘Je krijgt meer verkeerservaring door zelf actief deel te nemen aan het verkeer. Hoe vaker, hoe beter.’ Daar ligt voor ouders een mooie kans om hun kind verkeersbewust te maken. Loop of fiets bijvoorbeeld naar school! Dan oefent je kind dagelijks met nieuwe verkeerssituaties. Vanaf de achterbank in de auto leert een kind veel minder over het verkeer.
Soms gaan ouders juist met de auto omdat de verkeerssituatie bij school zo onveilig voelt. Toch raadt Sandra dat niet aan. ‘Door met de auto te komen zorg je dat het drukker en onoverzichtelijker wordt rond de school. Omdat kinderen niet over een auto heen kunnen kijken; omdat auto’s, fietsers en voetgangers door elkaar bewegen. Met de auto komen heeft dus niet alleen effect op de verkeerservaring van je eigen kind, maar ook op de verkeersbeleving en veiligheid van anderen.’
Voorbeeldfunctie
Samen met je kind lopen of fietsen naar school heeft nog een voordeel. Onderzoek laat namelijk zien dat de meerwaarde voor ouders vooral zit in de momenten van samenzijn. Écht samenzijn, want: ‘in de auto ben je minder met elkaar bezig, dan zit je vaak in je eigen bubbel. Samen lopen of fietsen voelt voor ouders meer als quality time met hun kind. Ze vinden het gewoon heel gezellig!’
Verkeersopvoeding vormt zo een natuurlijk onderdeel van het dagelijks leven. Kinderen leren volop van de verschillende verkeerssituaties – elke dag is immers net weer even anders – en het imiteren van de reacties van anderen op het verkeer. Onderschat daarom niet hoe groot je voorbeeldfunctie als ouder is, zegt Sandra. ‘Als je met je kind een keer door rood loopt omdat er geen verkeer aan komt, dan geef je een signaal af naar je kind dat het oké is om door rood te lopen. Ten eerste is het dat natuurlijk niet, maar je kind kan zelf ook nog niet de afweging maken wanneer het wel of niet veilig is om over te steken. Daarom kun je beter elke keer het goede voorbeeld geven; dat is duidelijk voor een kind.’