In de landbouw- en bouwsector worden (land)voertuigen gebruikt. Hieronder vallen landbouwtrekkers op wielen en rupsbanden, landbouwbosbouwaanhangwagens, verwisselbare getrokken uitrustingsstukken, motorrijtuigen met beperkte snelheid (MMBS) en mobiele machines. Sinds 2021 zijn motorrijtuigen met beperkte snelheid vervangen door de categorie mobiele machines (MM). Zo heet een graafmachine van vóór 1 januari 2021 nog steeds een MMBS en heet een nieuwe graafmachine vanaf 1 januari 2021 mobiele machine. Deze machines zijn speciaal ontworpen voor het uitvoeren van werkzaamheden.
Plaats op de weg en maximale snelheid
Gemeenten en provincies bepalen van welke wegen (land)bouwvoertuigen gebruik mogen maken en hoe hard ze mogen rijden. Dit hangt af van lokale situatie. Maar in het algemeen mogen landbouwvoertuigen, met uitzondering van autowegen en autosnelwegen, vrijwel overal rijden. Sinds de invoering van de nieuwe snelheidsregels mogen deze bestuurders buiten de bebouwde kom maximaal 40 km/uur rijden, als het (land)bouwvoertuig een gele kentekenplaat heeft. Deze snelheid geldt ook voor wegen binnen de bebouwde kom op plekken waar geen (snor)fietsverkeer is. Denk aan 70- en/of 50km/uur-wegen met een apart fietspad.
Alleen (land)bouwvoertuigen die een gele kentekenplaat voeren, mogen harder dan 25 km/uur rijden. Zo lang er niet harder wordt gereden dan 25 km/uur, hoeven (land)bouwvoertuigen tot 1 januari 2025 geen gele kentekenplaat te hebben.
Registratie en APK
Naast de snelheidsregels zijn er ook nieuwe verplichtingen voor de (land)bouwvoertuigen zoals de registratie- en kentekenplicht. De registratieplicht geldt uiteraard niet voor (land)bouwvoertuigen die niet op de openbare weg komen. Maar ook niet voor(land)bouwvoertuigen met een maximumconstructiesnelheid van minder dan 6 km/uur. Ook uitgezonderd zijn MMBS’en en MM’s die smaller zijn 1,30 m én ingericht zijn voor maaien, vegen, uitwerpselen opzuigen, sneeuw ruimen, strooien voor gladheidsbestrijding of onkruid bestrijden alsmede heftrucks smaller dan 1,3 meter. Zij hoeven hun voertuig niet te laten registreren en hoeven dus ook geen kenteken aan te vragen. Voor de rest geldt een registratieplicht met bijbehorende verzekeringsplicht.
Vanaf 1 januari 2021 was het al verplicht om nieuwe (land)bouwvoertuigen te laten registreren bij een keuringsstation van RDW en een kentekenplaat te voeren. Sinds 1 januari 2022 moeten bestuurders van registratieplichtige (land)bouwvoertuigen een kentekenbewijs kunnen tonen. Daarnaast moeten bepaalde landbouw- of bosbouwtrekkers sinds 1 mei 2021 APK-gekeurd worden. Hier gaat het om landbouwtrekkers die harder kunnen rijden dan 40 km/uur en niet door agrariërs voor het eigen bedrijf worden ingezet.
Goed zichtbaar en MONO
Wie zich op de openbare weg bevindt, moet goed zichtbaar zijn. Landbouwvoertuig behoren in ieder geval een linker buitenspiegel, dimlichten aan de voorkant, stadslichten op de spatborden, richtingaanwijzers, een achterlicht en een remlicht te hebben. Uiteraard geldt ook voor deze bestuurders: rij MONO. Laat je niet afleiden door je telefoon en zet hem voor vertrek op ‘niet storen’.