De Rotterdamse is een van de oprichtsters van De Verdienmodellen en consultant in de cultuursector. Voor haar werk verplaatst ze zich fluitend door de stad met de auto, de e-bike en het openbaar vervoer.
Wat zou je veranderen als minister van Infrastructuur en Waterstaat?
'Ik zou vooral koesteren wat we hebben. Ik reis veel en als ik de situatie in Nederland vergelijk met andere landen hebben we het hier supergoed voor elkaar. Ik moet voor mijn werk veel in het centrum van Rotterdam zijn en voel me eigenlijk nooit onveilig. We hebben hier duidelijke regels en een goede infrastructuur. Daar mogen we best dankbaar voor zijn. Ik kom net uit Marrakesh, daar is het een grote chaos op de weg. En zelfs in België en Frankrijk zijn de wegen al een stuk slechter. Nederlanders houden van zeuren, maar het is goed om daar eens bij stil te staan.’
Wat valt je op in het verkeer?
‘Het valt mij op dat mensen transport altijd zo praktisch aanvliegen. Hoe kom ik zo snel mogelijk van A naar B? Veel mensen hebben haast en gunnen elkaar niets in het verkeer. Terwijl het ook tijd is die je zo leuk mogelijk voor jezelf kunt invullen. Dat zou zoveel frustratie schelen. Ik probeer daar zelf mijn best voor te doen. In de file meeblèren met 80’s ballads op de radio of op de achterbank bingo doen met mijn dochter. Dat maakt een autorit meteen een stuk leuker en ik denk ook veiliger. Want haast leidt vaak tot onveilige situaties.’
Je werkt in de creatieve industrie, hoe zou jij het verkeer ‘leuker’ maken?
‘Met kleine interventies kun je het verkeer veel gezelliger maken. Als minister van Infrastructuur en Waterstaat zou ik meer investeren in design. Vaak is dat een sluitpost op de begroting, maar het hoeft helemaal niet veel te kosten. Bruggen en viaducten, alles ziet er hetzelfde uit. Terwijl er heel veel simpele manieren zijn om de buitenruimte een stuk mooier vorm te geven. Een ander kleurtje maakt al een groot verschil. Laatst stond ik voor een stoplicht en zag ik een sticker met de tekst: Ik denk dat het tijd wordt dat mijn moeder een hondje neemt. Daar moest ik zo hard om lachen. Zo simpel kan het zijn...’
Heb je verder nog advies voor de minister?
‘Met De Verdienmodellen help ik ondernemers om zichzelf te verkopen. Daarom heb ik ook nagedacht over het financiële aspect van de baan als minister. Mijn voorstel: stop met het verhogen van de parkeertarieven. Mensen met genoeg geld blijven toch wel parkeren. Als je minder auto’s in de stad wil, maak er dan gewoon minder plek voor. Het geld dat je dan misloopt, kun je ergens anders verdienen. Bijvoorbeeld door modellen voor infrastructuur te verkopen aan andere landen.’