Tip 1
Vertrek in een lage ondersteuning en lage versnelling
Als je in een hoge ondersteuning vertrekt, kan de motor onverwachts meer kracht geven dan waar je op bent voorbereid. Dit kan ongewenste situaties veroorzaken.
Tip 2:
Schakel altijd terug in bochten
Als je met een te hoge snelheid door de bocht fietst, bestaat de kans dat je controle over de fiets verliest. Daarom is het belangrijk om vaart te minderen en terug te schakelen naar een lage ondersteuning.
Tip 3:
Zet bij stilstand de ondersteuning op 0
Moet je stoppen voor een verkeerslicht of om een andere reden? Zet de ondersteuning dan altijd terug naar 0. Dit voorkomt dat de fiets opeens vooruit wil.
Tip 4:
Zorg dat het zadel en stuur goed afgesteld zijn en vastzitten
Ben je minder goed ter been? Zorg dat je zittend op het zadel altijd met de voeten plat op de grond kunt. Je kunt dan gemakkelijk van de fiets op- en afstappen. Laat daarom jouw fiets zo goed mogelijk afstellen.
Tip 5:
Controleer je bandenprofiel
Een goed bandenprofiel zorgt ervoor dat je meer grip hebt. Daarom is het belangrijk dat je jouw bandenprofiel goed controleert voordat je de weg op gaat. Het is ook verstandig om de banden niet te hard op te pompen. Met iets zachtere banden heb je meer grip op de weg.
Tip 6:
Controleer de remmen (bij nat of koud weer)
De remmen van je elektrische fiets zijn van essentieel belang tijdens een fietstocht. De remweg wordt langer wanneer de wegen gladder zijn. Houd hier dus rekening mee en controleer regelmatig of de remblokken van je elektrische fiets niet versleten zijn.
Tip 7:
Rem rustig, om onverwachte situaties te voorkomen
Te snel remmen kan ervoor zorgen dat je gaat slippen. Houd afstand van de stoeprand of berm. Daar gebeuren de meeste ongelukken.
Tip 8:
Houd rekening met je snelheid
Anticipeer eerder op situaties die voor je opduiken. Kies voor de juiste plek op de weg en pas jouw snelheid aan, aan het verkeer om je heen. Ben je ervan bewust dat medeverkeersdeelnemers niet altijd je snelheid van een afstand kunnen inschatten. Communiceer dus duidelijk met andere verkeersdeelnemers. Geef richting aan en maak oogcontact met medeverkeersdeelnemers.
Tip 9:
Draag een helm
Met een e-bike is je snelheid gemiddeld hoger dan met een ‘gewone’ fiets. Een ongeval heeft daarom vaak grotere negatieve gevolgen. Het dragen van een helm voorkomt geen ongevallen, maar beperkt wel letsel. Het is dus verstandig om een helm te dragen.
Tip 10:
Zorg dat je goed zichtbaar bent op afstand
- Zorgen dat jouw fietsverlichting werkt is de eerste stap. Vanzelfsprekend zou je zeggen, maar toch rijden er regelmatig fietsers rond zonder verlichting. Met een goed werkende voor- en achterlamp ben je beter zichtbaar, zie je zelf meer en voorkom je óók nog eens een boete.
- De fiets moet voorzien zijn van een rode reflector op de achterkant van de fiets en witte of gele reflectoren op de wielen. (velgen of banden). Ook moeten de trappers voorzien zijn van gele reflectoren. Spaakreflectoren zijn verboden.
- Heb je een kapotte voor- of achterlamp en wil je toch gezien worden? Dan zijn er volop losse fietslampjes te koop die je eenvoudig aan jouw fiets vastmaakt. Wil je zeker weten dat het lampje goed werkt? Kies dan voor fietsverlichting met het RAI Keurmerk Fietsverlichting. Dit keurmerk garandeert een goede kwaliteit en zichtbaarheid. Tip: maak fietslampjes niet vast aan je kleding. Hierdoor loop je kans dat het licht onbedoeld bedekt wordt waardoor je alsnog onzichtbaar bent.
- Ook kleding draagt bij aan een goede zichtbaarheid in het verkeer. Zo zijn er jasjes en broeken met reflecterende strepen die zorgen voor een goede zichtbaarheid. En heb je geen zin om je elke keer om te kleden? Kies dan voor een reflecterend hesje of armband (eventueel met lampjes). Deze doe je eenvoudig aan en uit en kunnen net het verschil maken tussen gezien of over het hoofd gezien worden.