'Door al jong veel te fietsen, leren ze goed omgaan met het verkeer'

Moeder Anita

Anita en Martin Bless wonen samen met hun drie kinderen in Heemskerk. Ze zijn grote fietsliefhebbers. ‘We vinden dat je niet jong genoeg met fietsen kunt beginnen. Voor ons dus geen bakfiets. Omgaan met het verkeer leer je door zelf deel te nemen.’

Moeder en kinderen fietsen in de buurt

Anita en Martin Bless groeiden beiden op in Heemskerk en denken er niet aan deze plek te verlaten. ‘Heemskerk is heerlijk wonen, zo dicht bij het strand’, vertelt Anita. ‘Als klein meisje fietste ik samen met mijn ouders door de duinen naar zee. Aangekomen bij de eerste ‘grote heuvel’, de Kruisberg, pakte mijn moeder me bij de nek en gaf me een duwtje. Een fijne herinnering.’

Van drie naar twee wielen

De familie Bless doet zoveel mogelijk op de fiets. De 6-jarige Luuk en 4-jarige Saar fietsen zelf, de jongste zoon, de 1-jarige Moen, zit bij paps of mams voorop. Concrete ideeën over hoe ze de kinderen wegwijs zouden gaan maken in het verkeer, had het stel niet. Wat Anita en Martin wel van tevoren besloten hadden, was dat Luuk voor zijn eerste verjaardag een loopfiets zou krijgen. Anita: ‘Het kleine houten fietsje had drie wielen, maar voordat Luuk anderhalf jaar oud was, had onze zoon al een ander exemplaar. Via Marktplaats tikten we een metalen loopfiets met twee wielen op de kop. Luuk ging er heel handig mee om en nam zijn loopfiets overal mee naartoe. Hij kon er ook moeilijk afstand van nemen; de echte ‘grote jongensfiets’ heeft lang onaangeroerd in de tuin gestaan’, lacht Anita. ‘Totdat hij zelf besloot dat het tijd was. Toen stapte hij erop en fietste tot onze verbazing zo weg.’

Geen zijwieltjes nodig

Ook Saar heeft gretig gebruik gemaakt van de loopfietsjes. ‘Met Saar ging het nog vlotter’, blikt Anita terug. ‘Zij zag haar grote broer fietsen en wilde dat ook. Saar is dromerig en roekelozer dan haar grote broer. We moeten haar meer in de gaten houden, maar ook zij kan inmiddels goed fietsen. Door die loopfietsjes hebben ze al vroeg hun evenwicht leren bewaren. Daardoor zijn zijwieltjes op een eerste echte fiets overbodig. Ik ben dan ook een enorm grote fan van de loopfiets.’

Moeder en kinderen fietsen in de buurt

Hardop praten en vragen stellen

Sinds de twee oudsten kunnen fietsen, is dit de manier waarop ze naar school gaan. Kleine Moen gaat voorop bij mams, Saar en Luuk trappen zelf. Anita: ‘Helmpjes op en gaan. Natuurlijk zou het voor mij een stuk sneller gaan als ik het hele stel met een bakfiets naar school zou brengen, maar die hebben we bewust niet aangeschaft. We willen onze kinderen zo snel mogelijk leren omgaan met het verkeer. En we denken dat je dat niet leert als je veel in een bakfiets zit. ’s Morgens vroeg, tussen de middag en ’s middags fietsen we dus heen en weer naar school. Tijdens de rit breng ik ze de verkeersregels bij. Ik stel Luuk en Saar dan ook vragen: van welke kant kan er verkeer aankomen? Wat moet je doen als er een auto aankomt? Hebben we goed gekeken voordat we oversteken? Dat hardop praten en vragen stellen doe ik overigens ook als we met elkaar lopend aan het verkeer deelnemen.’

Duin op, duin af

Net als tijdens de jeugd van Anita en Martin, gaan zij vaak fietsend naar het strand. Sinds afgelopen zomer kan Saar met haar eigen fietsje dit stuk fietsen. Anita: ‘Super trots zijn we! We doen als gezin zoveel mogelijk op de fiets en de afstanden worden steeds groter. Luuk hoeven we tijdens de weg helemaal niet meer te helpen. Die trapt de duinen zelf over. En Saar? Die houd ik bij de Kruisberg vast. Niet tijdens het naar boven rijden, maar op de weg naar beneden. Ze gaat ons anders net iets te hard’, lacht Anita. 

Wil je weten wat jij als ouder kunt doen om met je kind te oefenen in het verkeer? Lees hoe andere ouders omgaan met het thema verkeer in de opvoeding. Of meld je aan voor Verkeerstips voor ouders. Je krijgt dan 2 à 3 keer per jaar een mail met onze tips en adviezen.